We zijn niet meer zo eerlijk over ons figuur als vijftien jaar geleden. Dik? Welnee. Stevig heet dat. Een man van 1,85 meter die 100 kilo weegt, hoe noem je die? Vijftien jaar geleden zou je hem nog ‘vet’ of ‘dik’ noemen, maar tegenwoordig kiezen we voor deze meneer waarschijnlijk eerder voor ‘stevig’.
Dat is de uitkomst van een studie van University College Cork in Ierland, gepubliceerd in het vakblad Plos One. In dit onderzoek werd in 1998 en 2012 aan mensen gevraagd om hun figuur te omschrijven, waarna hun Body Mass Index werd berekend.
Straatbeeld
In 1998 waren mensen een stuk eerlijker over hun figuur dan nu, zo bleek. We zijn al die extra vetrollen gaan goedpraten omdat de maatschappelijke norm is verschoven, denken de onderzoekers. Omdat we meer dikke mensen in het straatbeeld zien, zien we ons eigen buikje ineens helemaal niet meer als overgewicht. De term ‘dik’ wordt inmiddels alleen voor mensen met extreem overgewicht gebruikt.
Wat te doen als je toch de extra pondjes wil kwijtraken?
Nieuw onderzoek van de Universiteit Wageningen suggereert dat je beter kleine hapjes kunt nemen. Een onderzoek waarbij proefpersonen naar een filmpje keken en ondertussen een bord soep aten toont aan dat we makkelijk vergeten hoeveel we eten. Een groep proefpersonen die als opdracht had om kleine hapjes te nemen, at het minste. Proefpersonen die die opdracht niet hadden en met hun ogen aan het beeldscherm vast waren gelijmd, onderschatten achteraf de hoeveelheid voedsel die ze tot zich hadden genomen.
Wat is dik zijn nu precies?
Om dat vast te stellen is ooit de Body Mass Index (BMI) bedacht. Je meet je lengte en je gewicht en via een formule komt er een getal uitrollen tussen 15 en 50. Zit je boven de 25, dan ben je te dik. Dat BMI niet altijd even accuraat is, ontdekten onderzoekers van de New York University School of Medicine. Ze stelden van een groep proefpersonen het BMI vast en maakten daarna van die mensen een röntgenfoto om het vetpercentage vast te stellen.
Mensen die volgens de BMI-methode niet te dik waren, bleken vaak toch een te hoog vetpercentage te hebben. Vooral bij vrouwen zat de BMI methode er vaak naast, bijna de helft van de vrouwen die volgens de BMI op een gezond gewicht zat, had toch een te hoog vetpercentage.
Bron: Metro